Stap 4 van 8

ʔLHT

Het Nabatese schrift noteert geen klinkers, maar met onze kennis van andere vormen van het Aramees en het Arabisch kunnen we redelijk goed inschatten welke klinkers we moeten uitspreken. Het eerste woord werd waarschijnlijk uitgesproken als ʾelāhat en betekent ‘de godin van’. Dit Aramese woord lijkt duidelijk op de Arabische woorden ʾilāh ‘god’ en ʾilāhah ‘godin’, alsook op de godennamen Allāh en Allāt. Minder voor de hand liggend is dat het ook verwant is aan het woord voor ‘god(in)’ in andere Semitische talen, zoals het Hebreeuwse ʾĕlōhīm en ʾēl.