De kamer als een ode
De collectie in Gijs’ kamer is niet alleen ontstaan vanuit creatieve animo. De kamer heeft ook een intrinsieke, emotionele dimensie. Een groot aantal objecten in de kamer is ooit van Gijs’ opa geweest, die is overleden toen Gijs zeventien jaar oud was. Hij was een even fervent verzamelaar als Gijs nu zelf is. Gijs noemt hem een dumpster diver: hij struinde zijn omgeving af op zoek naar allerlei spullen. Alles wat hij kon vinden, bewaarde hij in zijn huis. Gijs vertelt ons nu wat voor een vreugde hij en zijn tweelingbroertjes hadden als ze vroeger bij hem over de vloer kwamen. Voor hen was zijn huis een enorme speeltuin waar ze eindeloos nieuwe dingen konden ontdekken. Eens in de zoveel tijd mochten ze zelfs iets van zijn gevonden objecten mee naar huis nemen.
Gijs had bovenal een sterke band met zijn opa. Hij kon alles met hem delen en bewonderde zijn wereldbeeld, ook al had hij mysterieuze kanten die Gijs minder goed kende. Het spreekt voor zich dat zijn overlijden een grote impact had op Gijs en zijn familie. Vlak na zijn overlijden kwam er een gewichtig moment voor Gijs: hij en zijn familie moesten het huis van opa leeghalen. Het was een wrange aangelegenheid, aangezien ze de spullen moesten verwijderen die onderdeel waren geworden van zijn opa en zijn leefomgeving. Gijs besloot om een aantal van de verzamelde spullen te houden en zelf in zijn kamer tentoon te stellen.
Op de muren kan men feloranje, plastic cirkels zien, een scala aan spirituele ornamenten en posters voor een bijeenkomst van een of andere Griekse cultus; het zijn allemaal spullen die Gijs van zijn opa heeft geërfd. Er hangt tevens een plank boven zijn bed waar Gijs een deel van zijn opa’s dierbare spullen heeft uitgestald, zoals de vleugelmoer waar Gijs over vertelt in de video. Al deze objecten hebben hun eigen emotionele lading en dienen bovenal als herinneringen aan zijn opa. Op de vraag of Gijs een groot contrast ervaart tussen deze emotioneel geladen objecten en het artistieke interieur, antwoordt hij dat het voor hem heel natuurlijk aanvoelt om zijn opa’s spullen een plek te geven. Ook al zijn er verschillen tussen zijn opa’s spullen en de zijne, ze delen allemaal dezelfde graad van karakter en persoonlijkheid en hoewel dit verschilt per object, hangt alles samen en draagt elk beetje bij aan het verhaal van Gijs en zijn kamer. De ruimte laat zien hoe creatieve en emotionele prikkels zich kunnen vermengen en dat de twee onafscheidelijk deel uitmaken van iemands identiteit.
Misschien valt de appel niet ver van de boom. Naast de vele namen die Gijs voor zijn kamer heeft – zijn autobiografie, de georganiseerde chaos – noemt hij het tevens een ode aan zijn opa.