De lange reis van oost naar west
Hier zie je een klein labeltje dat op het kleitablet is gelijmd, met daarop de afkorting ‘P 33’. De P staat voor Peiser. Felix Ernst Peiser (1862-1921) was een Duitse Assyrioloog die in 1897 dit kleitablet kocht in een antiekwinkel in Istanbul (toentertijd Constantinopel). Peiser kocht het kleitablet samen met een ander tablet van ongeveer dezelfde grootte, met een soortgelijk opschrift. Vandaag de dag zou het ondenkbaar zijn, maar in die tijd was het toegestaan om oudheidkundige objecten in het buitenland te kopen en te exporteren naar eigen land. Beide tabletten werden onderdeel van Peisers privécollectie in Königsberg, waar ze gelabeld werden als object nr. 33 en 34.
Na de dood van Peiser heeft zijn weduwe zijn privécollectie kleitabletten verkocht aan Frans de Liagre Böhl (1882-1976). De nieuwe eigenaar verhuisde de kleitabletten van Königsberg naar Groningen, waar hij toentertijd professor was. In 1927 reisden de tabletten nog verder westwaards, toen Böhl werd aangesteld als professor Assyriologie aan de Universiteit Leiden. In de jaren 1950 verkocht hij zijn antiekverzameling, waaronder ook de voormalige collectie van Peiser, aan het NINO (Nederlands Instituut voor het Nabije Oosten), die tot op de dag vandaag eigenaar is van de verzameling . Op een gegeven moment heeft het kleitablet een nieuw catalogusnummer gekregen; als je het tablet omdraait, zie je de afkorting ‘LB 892’, LB is kort voor De Liagre Böhl, in zwarte inkt op de andere rand geschreven.
Hoewel we de reis van het kleitablet kunnen traceren tot 1897, weten we vrijwel niets over de oorspronkelijke vindplaats van het tablet. Het zou afkomstig kunnen zijn uit Cappadocië in Turkije, maar dat is geenszins zeker.