Stap 5 van 16

Kombinasi

Related Images

  • Echtgenote van W.F.J. Krols in hun huis in Praboemoelih bij Lahat KITLV 141470, circa 1920, collectie Leiden University Libraries
  • Europese vrouw in sarong en kebaja, vermoedelijk op Roti KITLV 403828 circa 1935, collectie Leiden University Libraries
  • Indo-Europees gezelschap, vermoedelijk in de omgeving van Batavia KITLV 155414 circa 1910, collectie Leiden University Libraries
  • Twee vrouwen aan het batikken, vermoedelijk bij Batavia, KITLV 81323, circa 1890-1905, collectie Leiden University Libraries

De tweede doek toont de tweede stap in het batikprocedé, al lijkt deze niet veel te verschillen van de eerste doek. Alleen het motief is beter zichtbaar. De vormgeving duidt op een sarong, een batik van 1 meter bij 2 meter dat als kokerrok gedragen kan worden. De sarong bestaat uit een kepala (de linkerzijde van de doek), het hoofd, dat doorgaans aan de voor- of zijkant gedragen wordt, en een badan (de rechterzijde van de doek), het lichaam, dat het grootste oppervlak vult.

Het motief is hier beter zichtbaar dan op de eerste doek, omdat na het bestempelen met de cap de patronen nog eens deels aangezet en overgetrokken zijn met een canting. Op Java noemt men dit ‘Kombinasi’, een combinatie van Cap en Tulis. De canting kan veel gedetailleerder was aanbrengen dan de cap.

Het motief op de batik is ook een combinatie. De badan heeft een klassiek ‘Vorstenlanden’ motief afkomstig uit Yogyakarta en Surakarta, ook wel Solo genoemd, terwijl de kepala een bloemmotief heeft dat komt van de Noordkust van Java. Beide gebieden zijn gelegen in Midden-Java. In de batikwereld zijn deze motieven een wereld van verschil die vanaf eind 19e eeuw meer en meer gecombineerd worden.