Zoon Julius
Dit is Julius Willem Bilderdijk. In september 1797 raakte Schweickhardt zwanger. Om opzien te vermijden wilde Bilderdijk niet dat ze in Brunswijk zou bevallen. Daarom reisde ze naar Berlijn, waar ze alleen moest bevallen. Hier werd op 16 juni 1798 Julius Willem geboren. De jonge moeder was dolgelukkig. In het Engels, de taal waarin ze sinds hun verblijf in Londen met Bilderdijk correspondeerde, schreef ze hem: ‘It is then true, and no illusive dream? It has pleasd God to make me that blessed – that enviable being, a mother!’
Bilderdijk was verrukt: ‘I thank Heaven for this joyful event [...] Give it a thousand kisses for me, till I may do it my-self, and keep this dear treasure and pledge of our mutual love, with all that tenderness, maternal affection inspires.’
Julius was een gezonde baby, met fijne handjes, donker haar, een bruine huidskleur en blauwe ogen. Tot Schweickhardts verdriet had hij echter een misvormd rechtervoetje, dat na de bevalling was ingesnoerd. Dat is mogelijk de reden waarom het jongetje op deze krijttekening steunend op een stoel is afgebeeld.
In de briefwisseling tussen Bilderdijk en zijn vrouw kan men de ontwikkeling van Julius haast van dag tot dag volgen. Bilderdijk was dol op zijn zoon, die in moeilijke omstandigheden opgroeide. Ontroerend zijn enkele bewaard gebleven briefjes. Zo schreef de achtjarige Julius op 26 december 1806 aan zijn vader:
Lieve Papa! Donderdag is Julius zijn vogel gestorven, daar was Julius heel bedroeft over, en toen heeft mama hem bij het vuur gelegd maar hij wierd toch niet weer levendig; als hij van honger of dorst gestorven was, dan was het nog erger, maar nu is het Julius zijn schuld niet. Weet Papa nog niet wanneer Papa tehuis komt, want Papa is al zoo lang weggeweest. Het spijt Julius dat Papa nog tandpijn en hoofdpijn heeft, maar Papa moest een pleister van zeep op de wang leggen, dat heeft toch al meer de pijn over doen gaan. Goedennacht Papa Nog eens goede nacht, lieve Papa!