Een teken voor dadels
In de regel van dag tien vinden we dit driehoekige teken. Het is geen hiëroglifisch of hiëratisch teken, maar een teken dat onze schrijver zelf heeft verzonnen. Het is een schematische voorstelling van een dadel. De zoete dadel was een geliefde vrucht in het oude Egypte en werd op zichzelf gegeten of gebruikt om brood en bier zoeter te maken. De families die in Deir el-Medina leefden ontvingen regelmatig voorraden dadels en onze schrijver maakte er werk van om deze benodigdheden zorgvuldig bij te houden (fig. 1 - 2).
Soms specificeert hij zelfs voor welk deel van de arbeidersploeg de leveranties bedoeld waren. Om de groep werkers te organiseren, werd de ploeg opgedeeld in twee helften: de ‘rechterzijde’ en de ‘linkerzijde’. Blijkbaar werd deze indeling ook gebruikt bij het verdelen van goederen. Op ons ostrakon heeft de schrijver aangegeven dat de dadels die geleverd zijn op dag tien bedoeld waren voor de ‘linkerzijde’ van de arbeiders, te zien aan het A-vormige teken dat boven het teken voor dadels staat. Dit is wederom een zelfbedacht teken, niet een hiëroglifisch of hiëratisch teken. Eigenlijk begrijpen we niet helemaal waarom het A-teken staat voor de ‘linkerzijde’, maar voor onze schrijver was de betekenis duidelijk.
Welke andere tekens heeft hij verzonnen?