Stap 1 van 5

Het leven op Gulangyu

Voor de vlecht reizen we af naar het eiland Gulangyu. Dit eiland is misschien niet het beroemdste eiland ter wereld, maar in de negentiende eeuw was het erg belangrijk voor de relatie tussen China en het buitenland. Het eiland ligt langs de kust van XiamenXiamen was destijds onder de naam Amoy bekend. en staat vol met Europese architectuur. Vele buitenlandse reizigers trokken naar het eiland om er Chinees te leren.

Onder hen bevond zich Johannes Jacobus de Groot (1854-1921). Deze Nederlander werd geboren in Schiedam en arriveerde in 1876 in Xiamen. De Groot had toen al een avontuurlijk leven achter de rug en werd na een studie Chinees in 1876 aangesteld als tolk.See Koos Kuiper, The Early Dutch Sinologists (Leiden: Brill, 2017), 1002. Dit resulteerde in een kort verblijf in Xiamen, waar talloze andere jonge Nederlandse Sinologen in opleiding voor bepaalde tijd verbleven om hun studie in de praktijk te brengen.

In het China waar De Groot terechtkwam, liepen overal vrijwel kale mannen met lange vlechten. Nadat de Qing-dynastie (1636-1912) zich er had gevestigd, voerden de nieuwe Mantsjoeheersers, die vanuit de Noordoostelijke vlaktes China te paard binnen waren gereden, een beleid in dat in het Chinees bekend staat als ti fa ling. Dit beleid dwong alle mannelijke Han-Chinezen om de traditionele haardracht aan te nemen: een gevlochten staart.

Deze gevlochten haardracht kenmerkt zich door een bijna volledig geschoren hoofd, met achterop een lange vlecht. Dit was de haarstijl van de groep etnische Mantsjoes die leefden in het noordoosten van wat we nu de Volksrepubliek China noemen. Toen de vlecht geïntroduceerd werd, was er nog grote weerstand tegen de gedwongen haarstijl. Maar tegen de tijd dat De Groot in Xiamen aankwam was de vlecht al twee eeuwen onderdeel van het dagelijks leven.

Dit resulteerde in een dilemma voor buitenlanders die naar China kwamen. Reizigers zoals De Groot, die vooral in het kustgebied woonden, konden meestal hun normale kleding blijven dragen, hoewel het niet ondenkbaar is dat ze hun stijl aanpasten aan de lokale context. Protestantse missionarissen die verder het binnenland in woonden, stonden hierom bekend: ze droegen nepvlechten om de lokale bevolking te misleiden en hen ervan te overtuigen dat ze zich aanpasten aan lokale gebruiken, maar deden de vlecht gewoon weer af als ze teruggingen naar Europa. Dit in tegenstelling tot sommige Jezuïtische missionarissen, die ervoor kozen om een vlecht te laten groeien in plaats van een nepversie te dragen..Karl Gerth, China made: consumer culture and the creation of the nation (Cambridge: Harvard University Asia Centre, 2003), 79.

Laten we nu eens kijken naar dit specifieke voorbeeld, beginnend in het midden, waar je het vlechtwerk goed kunt zien. Men liet het dikke haar zo lang mogelijk groeien, zodat de vlecht ook zo lang mogelijk kon zijn. Het resultaat is een vlecht als deze, die maar liefst 138 centimeter lang is! Waarschijnlijk was de vlecht langer dan het bovenlichaam van de eigenaar, en bungelde hij overal achter hem aan.Michael R. Godley, “The End of the Queue: Hair as Symbol in Chinese history,” China Heritage Quarterly