De maraka
De maraka is een muziekinstrument gemaakt van kalebas. Het vormt een belangrijk onderdeel van het instrumentarium voor de traditionele kawina-, kauna-, en wintimuziek binnen de Afro-Surinaamse cultuur. In de inheemse cultuur wordt de maraka beschouwd als een heilig instrument van de piaiman. Deze hanteert de maraka om de geesten van de voorouders op te roepen, in genezingsrituelen en om contact te leggen met de Schepper, Tamushi, voor advies en begeleiding. De inheemsen hebben speciale marakaliederen met bijbehorende dans die worden uitgevoerd bij bijzondere, spirituele rituelen.
Mijn verbondenheid met de maraka is een bijzonder verhaal. Mijn maraka is een erfenis van de nu enige piaiman van Langamankondre in Galibi in Suriname. Tushi noem ik hem. Dat betekent, grootvader. Ik ontmoette hem tijdens een project over het vastleggen van de orale verhalen van piaimannen en hun gave om te communiceren met de dierenwereld, met name vogels. Hij vertelde mij over de rituelen die een piaiman moet ondergaan, de specifieke vogels die met de piaiman communiceren en de liederen die door de piaiman worden gezongen. Hij leerde mij de maraka te bespelen.
Toen het voor mij tijd was om terug te gaan naar huis (ik verbleef reeds in Engeland), vroeg hij mij om voor mijn vertrek eerst bij hem langs te lopen. Het moest reeds donker zijn als ik zou komen, zei hij. Ik kwam dus drie dagen voor mijn vertrek om acht uur 's avonds bij hem thuis aan. Hij verbleef bij zijn dochter en schoonzoon dichtbij de vijfde rijweg in het district Wanica. Die avond was een magische nacht. Er was een koele bries. We zaten op het balkon, aten atjupo, dat is een heel pittige inheemse soep gemaakt van verse vis en sap van de bittere cassave. Na een tijdje, het was ongeveer tien uur, sprak hij mij aan. Hij zei dat ik een inheemse naam moest hebben en die gaf hij mij. Een naam die ik enorm koester en niet graag zomaar prijsgeef. Toen nam hij mij mee naar binnen, in de woonkamer. Hij plaatste mij op een stoel en stak een sigaar aan. Dit is geen normale sigaar zoals je die in de winkel kunt kopen. Deze sigaar heet oelemarie en wordt gerookt bij speciale rituele gelegenheden. In mijn geval was het doel van de oelemarie om mij te ‘roken’, dat wil zeggen te omhullen met de heilige rook van de sigaar. De boombast waarvan de sigaar is gerold is afkomstig van een heilige boom waarin, zo wordt geloofd, een van de machtigste inheemse entiteiten verblijft: de oelemarieboom. Die zul je niet in Paramaribo tegenkomen. Het is een boom die diep in het bos groeit. En terwijl hij mij systematisch omhulde in de rook, ademde ik op zijn duidelijke instructies langzaam de subtiele en toch prikkelende geur van de oelemarie in. Al rokend en rook uitblazend stond hij eerst achter mij, toen naast mij en tenslotte voor mij. Prevelend sprak hij zegenbeden over mij uit. Het voelde goed. Op de dag van mijn vertrek stuurde hij mij de maraka toe waarmee hij vele rituele inzegeningen heeft gedaan. Ter bescherming, zei hij. Vanaf toen zit de maraka op mijn inheemse kruik als een tweede bewaker van het goede en een afweerder van het kwade in mijn huis.